Werkstuk:
Je gaat een werkstuk maken over één van de landen van Midden of Zuid-Amerika.
Kies een land uit waar jij graag wat meer over te weten wilt komen.
Zo maak je een werkstuk:
Bereid jezelf goed voor: kies een land dat je interesseert.
Ga op zoek naar boeken over je land of kijk op internet.
Als je alle informatie hebt gevonden, dan begin je pas met schrijven.
Maak aantekeningen of een Mindmap, als je de informatie aan het lezen bent.
Zoek goede teksten en plaatjes.
Schrijf geen zinnen over uit boeken, folders of internet, maar probeer alles zoveel mogelijk in je eigen woorden op te schrijven.
Dus ook niet hele stukken kopieëren en plakken vanaf Internet.
Gebruik nooit woorden die je niet kent.
Verdeel de tekst in alinea’s. Wanneer je het over iets nieuws gaat hebben, dan begin je op een nieuwe alinea.
Gebruik in heel je werkstuk hetzelfde lettertype.
We gebruiken allemaal Arial grootte 14.
Zorg dat alles er netjes uitziet en stop je werkstuk dan in een snelhechter.
Of verstuur het digitaal.
Hieronder kun je vinden wat er allemaal in je werkstuk moet komen te staan.
Voorkant / kaft:
Titel
Plaatje
De datum, je voor- en achternaam
Voorwoord:
Hierin schrijf je duidelijk en uitgebreid op waarom je voor dit land gekozen hebt, wat je denkt te gaan leren over dit land en wanneer je bent begonnen met je werkstuk. Het voorwoord maak je dus voordat je begint met het maken van de rest van je werkstuk.
Inhoudsopgave:
Hier schrijf je alle hoofdstukken met daarachter de bladzijdennummers.
Hoofdstuk 1 – De ligging van het land:
Wat zijn de omringende landen en zeeën of oceanen? (plaatje)
In welk werelddeel ligt je land?
Welke belangrijke rivieren stromen er doorheen, zijn er bergen, vulkanen?
Wat is de hoofdstad en welke andere belangrijke steden zijn er?
Hoofdstuk 2 – De geschiedenis van het land:
Schrijf in dit hoofdstuk iets over de geschiedenis van dit land op. Denk aan oorlogen, verschillende volkeren, ontwikkeling van toerisme etc.
Hoofdstuk 3 -- De natuur van het land
Is er veel natuur in het land en waar bestaat dit dan uit?
Denk hierbij ook aan speciale dieren of bedreigde diersoorten.
Hoe ziet het landschap eruit?
Hoofdstuk 4 – regering en economie:
Hoe is de politiek opgebouwd in het land?
Wie is de machthebber op dit moment?
Welke politieke partijen zijn er en wat willen die?
Heeft dit land een koning, keizer of een president en wie is dat?
Welke geldsoort gebruiken ze in dit land?
Hoe ziet het eruit? (plaatje)
Hoeveel is het waard in vergelijking met de euro?
Is het geld veranderd in de loop der jaren, is het er anders uit gaan zien?
Waar leven de meeste mensen van? Is er veel werk?
Hoofdstuk 5 – Godsdienst en onderwijs:
Welke godsdiensten zijn er in het land?
Schrijf de belangrijkste punten op.
Vertel iets over het onderwijs.
Is dat hetzelfde als in Nederland?
Denk aan kleuterscholen, basisonderwijs etc.
Hebben ze misschien schooluniformen en hoe zien die eruit?
Vanaf welke leeftijd moet je naar school?
Hoofdstuk 6 – Klimaat:
Denk aan zeeklimaat, landklimaat….
Valt er veel regen of juist niet?
Vertel wat voor klimaat er is in het land.
Zijn er veel overstromingen of orkanen in het land?
Is het warm of koud, misschien kun je dat laten zien d.m.v. een tabel?
Hoofdstuk 7 – Toerisme:
Is het een echt vakantieland?
Leeft de bevolking alleen van de toeristen?
Wat zijn echte vakantieplekken (bijv. mooie steden, gebouwen of stranden) in het land en waarom zijn die nu juist aantrekkelijk?
Hoofdstuk 8 ??
Wat kun je nog meer vertellen over dit land?
Nawoord:
Hierin vermeld je wat je geleerd hebt van dit werkstuk, hoe lang je er mee bezig was, wat je er leuk aan vond en wat niet, van wie je hulp hebt gehad, wat je moeilijk vond, waar je moeilijk informatie over kon vinden ……
Bronnen:
Hier schrijf je alle boeken, folders, interviews,
internetsites (met een linkje) etc. die je gebruikt hebt om dit werkstuk te maken.
BEGIN OP TIJD!
GEBRUIK NIET TE VEEL FOTO'S EN LAAT ZE MOOI EN NETJES TUSSEN DE TEKST STAAN.
LET OP SPELLINGSFOUTEN.
ZORG DAT HET ER OVERZICHTELIJK EN NETJES UITZIET.
LAAT HET NALEZEN DOOR EEN VOLWASSENE EN PAS EVENTUEEL IETS AAN.
Succes en veel plezier.